Zorggroepen

Ketenzorg

Voor zorggroepen
De ruim honderd zorggroepen in Nederland leveren ketenzorg aan patiënten met een chronische ziekte. Bij ketenzorg zijn meerdere zorgverleners betrokken. Het is belangrijk dat zij allemaal beschikken over de relevante medische gegevens van de patiënt, zodat bij hen altijd de actuele gezondheidssituatie bekend is. Hiervoor kunnen de zorgverleners de medische gegevens van de patiënt met elkaar delen, via het Landelijk Schakelpunt.
Zorgverleners aan tafel

Wat wij doen

De huisarts en de andere zorgverleners die zijn betrokken bij de ketenzorg voor de patiënt, kunnen de benodigde medische gegevens met elkaar delen via het Landelijk Schakelpunt (LSP). Maar zij mogen dit alleen doen als de patiënt hiervoor zijn uitdrukkelijke toestemming heeft gegeven. Die toestemming regelt de patiënt bij zijn huisarts.

Na twee succesvolle pilots bij Zorggroep Ketenzorg West-Friesland en Zorggroep Friesland is VZVZ gestart met de landelijke uitrol van LSP Ketenzorg in focustrajecten. Hieraan doen verschillende zorggroepen mee. Bij de zorggroep ROHA in Amsterdam worden wekelijks nieuwe praktijken aangesloten. De zorggroepen DrechtDokters en de RHOGO willen nog dit jaar starten.

In uitvoering
Programma

Programma Janus

Het beschikbaar stellen en opvragen van medische gegevens is aan strikte regels gebonden om de veiligheid en privacy goed te beschermen. De wijze waarop deze regels worden geïnterpreteerd en geïmplementeerd zijn niet uniform. In de zorgsector richten zorgorganisaties de autorisaties voor toegang tot de medische gegevens van patiënten verschillend in. Dit maakt het uitwisselen van medische gegevens via uitwisselsystemen niet eenvoudig, en soms zelfs onmogelijk. Het Informatieberaad (IB) van 30 november 2020 (besluit B27-04) heeft daarom aan VZVZ de opdracht verstrekt om landelijke autorisatieafspraken op te stellen, op basis waarvan zorgaanbieders en zorgverleners met vertrouwen veilig informatie kunnen beschikbaar stellen en uitwisselen. VZVZ heeft hiervoor het programma Janus ingericht. Vanuit het IB zijn 3 bestuurders als gedelegeerd opdrachtgever afgevaardigd in de stuurgroep van het programma. Vanuit ZN zijn middelen beschikbaar gesteld voor de eerste fase van de uitvoering.
In uitvoering
Project

Vereenvoudigd gebruik UZI-pas

Zorgverleners die met het Landelijk Schakelpunt (LSP) werken, moeten eerst inloggen met een UZI-pas voor de identificatie en authenticatie van zichzelf en hun systeem (XIS). Alleen dan kunnen zij gegevens uitwisselen met andere zorgverleners. Maar binnen sommige zorgprocessen is gebleken dat het opvragen van medische gegevens met behulp van de UZI-pas belemmerend werkt: het kost extra tijd en het is kostbaar, omdat elke zorgverlener die patiëntgegevens wil raadplegen via het LSP, een UZI-pas moet aanschaffen. Daarnaast worden in de zorg steeds vaker mobiele apparaten ('handhelds') ingezet, die niet kunnen werken met een UZI-pas. Om de werkprocessen beter te ondersteunen en om potentiële beveiligingsrisico's te voorkomen, heeft VZVZ het vereenvoudigd gebruik van de UZI-pas geïntroduceerd. Deze oplossing maakt het gebruik van de UZI-pas bij het werken met het LSP, een stuk eenvoudiger.
In uitvoering
Project

AORTA-on-FHIR

De standaard voor informatie-uitwisseling verschuift meer en meer richting HL7 FHIR. Vooralsnog voornamelijk waar het communicatie met de patiënt betreft, maar ook waar met apps gewerkt wordt. De behoefte aan HL7 FHIR voor uitwisseling tussen zorgaanbieders komt snel dichterbij. Nu al geven innovatieprogramma’s en ook leveranciers van zorginformatiesystemen (XIS-leveranciers) duidelijk aan dat zij liever nieuwe ontwikkelingen op basis van HL7 FHIR doen. Het is dus zaak dat het AORTA-afsprakenstelsel en daarbinnen het LSP zich aanpast en ook deze nieuwe HL7-standaard gaat ondersteunen.
In uitvoering
Project

Faexit

Het gebruik van de fax in de zorg is achterhaald. Het programma Faexit is er op gericht om andere, veiliger en minder foutgevoelige gegevensuitwisseling in de zorg te bewerkstelligen.
In uitvoering
Programma

Medicatieoverdracht

Het programma Medicatieoverdracht werkt aan goede, complete elektronische overdracht van medicatiegegevens. Complete en goede elektronische overdracht van medicatiegegevens is namelijk ontzettend belangrijk. Ze kan menselijk leed door onnodige medicatiefouten en ziekenhuisopnamen voorkomen. Daarnaast vervangt digitale uitwisseling tijdrovende administratieve werkzaamheden. Dat geeft zorgverleners ruimte om te doen waar ze zo goed in zijn: patiënten de beste zorg verlenen.

Ondersteuning

Heeft u vragen over wat VZVZ voor zorggroepen kan betekenen? Neem dan contact op!

Tim Smits

Tim Smits

Productverantwoordelijke Twiin Portaal & Projectcoördinator Ketenzorg